Weerman Leen de Koning

Weerman Leen de Koning

Nieuwerkerk a/d IJssel

Loading

WINTERS WEEKEND

De afgelopen week begon wisselvallig en aan de zachte kant, maar vanaf vrijdag werd het een stuk kouder en in het weekend was het winters. In de nacht van zaterdag op zondag vroor het bijna 4 graden.

2018 was een zeer zonnig jaar, waarin de KNMI-meetstations in Nederland gemiddeld 2090 uur zon registreerden tegen 1639 uur normaal. Wat betekende dat voor de hoeveelheid zonnestraling en hoe varieerde die over het land?

Satellietmetingen

Op basis van data van de Meteosat-weersatellieten berekent het KNMI actuele en historische gegevens over bewolking en zonnestraling. Deze satellietmetingen bevestigen het zeer zonnige karakter van 2018 en geven bovendien de mogelijkheid om meer ruimtelijke details waar te nemen. Figuur 1 laat zien dat vorig jaar tot 15 procent meer zonnestraling het aardoppervlak bereikte dan normaal, waarbij normaal hier gedefinieerd is als de periode waarvoor deze satellietmetingen beschikbaar zijn: 2005-2017.

Zonnig binnenland, wolken op zee

Behalve de hoeveelheid zonnestraling was ook de verdeling over het land afwijkend. Normaal gesproken is het aan zee zonniger dan in het binnenland (figuur 2). Dit komt doordat in het voorjaar en in de zomer, wanneer de potentiële instraling het grootst is, de lucht in het binnenland snel kan opwarmen. Hierdoor ontstaan landinwaarts gemakkelijk stapelwolken. Aan de kust gebeurt dit minder snel omdat de zee een koelende werking heeft. In 2018 bleven onder invloed van een stabiele, vaak noordoostelijke stroming de stapelwolken landinwaarts uit. De zonnestraling was daar dus hoog, zelfs iets hoger dan aan de kust, waar soms wolkenvelden van zee kwamen binnendrijven. In figuur 3 wordt de afwijking in 2018 per maand uitgesplitst.  Daaruit blijkt dat juli de maand met relatief de meeste instraling was, terwijl juni ongeveer normaal verliep. In mei valt het grote verschil tussen land en zee op: dit wordt vooral verklaard door een aantal dagen waarop boven zee hardnekkige mist bleef hangen, zogenoemde zeevlam.

Toekomst

Het is nog onduidelijk of en hoe bewolking en zonneschijn in Nederland veranderen in een opwarmend klimaat. Er zijn voorzichtige aanwijzingen  dat droge en zonnige zomers met een meer continentale invloed in de toekomst vaker zullen voorkomen. (bron KNMI)

De week begon maandag met bewolkt weer met enkele buien, de zon brak ook af en toe door. Het werd overdag 6,5 graden, zondagavond was het nog 9,8 graden. Er viel 2,2 mm regen.

Het bleef dinsdag droog, maar de zon kregen we niet te zien. Het bleef bewolkt en somber. Met ruim 8 graden was het een zachte dag.

Na een zachte nacht was het woensdag overdag minder zacht. Er was veel bewolking en er viel enige lichte regen. In de avond regende het wat harder door. Overdag werd het ruim 6 graden.

Er vielen verspreid over de dag donderdag enkele buien, maar tussendoor brak ook zo nu en dan de zon door. Het werd bijna 5 graden en het was waterkoud. Over het etmaal viel 12 mm.

In de nacht naar vrijdag vielen nog enkele winterse buien, daarna klaarde het op en in de ochtend kwam het tot lichte vorst. Overdag waren er flinke zonnige perioden, al kwam er in de middag ook bewolking voor. Het werd bijna 4 graden.

Pas in de vroege ochtend vroor het zaterdag ruim 2 graden. Overdag was het zonnig en droog. Het werd bijna +2 graden.

In de nacht van zaterdag op zondag was het helder en koud. De temperatuur daalde in de bebouwde kom naar bijna -4 graden. Overdag scheen de zon ongehinderd, maar dan ruim +1 graad werd het niet.

De weerspreuk van de week:

Koude in januaar,

schone lente voorwaar

 

Week 3 temperatuur (°C)

Minimum   Maximum
Datum 2019 2018   2019 2018
MA 14-01 4.5 2.2   9.8 5.1
DI 15-01 2.1 0.8   8.6 6.8
WO 16-01 5.6 3.6   8.3 7.8
DO 17-01 2.1 3.3   5.9 6.3
VR 18-01 -2.6 3.7   3.8 9.3
ZA 19-01 -2.3 3.2   1.8 6.2
ZO 20-01 -3.9 1.9   1.3 4.4

Week 3 neerslag (mm)

Datum 2019 2018
MA 14-01 2.2 0.0
DI 15-01 0.0 13.4
WO 16-01 1.6 7.4
DO 17-01 11.8 3.2
VR 18-01 0.8 8.6
ZA 19-01 0.0 6.2
ZO 20-01 0.0 0.4